Financiering
De coöperatie mag winst maken, maar dit is niet een doel op zich. De coöperatie bestaat in het belang van haar leden. De coöperatie moet voor haar leden van economisch voordeel zijn. De leden hebben een zakelijke overeenkomst met de coöperatie. Het is mogelijk dat de coöperatie hierbij marktconforme prijzen berekent. Als de coöperatie hierdoor winst zou maken, mag deze winst aan haar leden worden uitgekeerd. Door het ontbreken van een eigen winstoogmerk is de coöperatie in principe aangewezen op financiering door haar leden.
Voor deze financiering zijn in hoofdlijnen 3 modellen denkbaar:
Model 1: Kostendekkende prijzen
De coöperatie fungeert echt als verlengstuk van de onderneming van haar leden. De kosten en baten uit de door de coöperatie uitgeoefende bedrijfsexploitatie worden via de exploitatierekening van de coöperatie door berekend aan haar leden. Dit gebeurt naar rato van het zakelijk verkeer dat een lid het afgelopen boekjaar met de coöperatie heeft gehad. Echte winst kent een dergelijke coöperatie niet, een eventueel exploitatieoverschot wordt doorgaans doorbetaald aan de leden. Een dergelijke coöperatie is voor wat betreft financiering voornamelijk aangewezen op haar eigen leden. Derden investeerders zullen verleid moeten worden met een vaste vergoeding voor ingebracht kapitaal.
Model 2: Marktconforme prijzen met koppeling naar bijdrage in winst
De coöperatie berekent voor haar transacties met de leden marktconforme prijzen. In de statuten kan geregeld worden dat de leden recht hebben op een aandeel in de winst voor zover zij aan het vormen van deze winst hebben bijgedragen (koppeling omvang aanspraak naar rato van de omvang van hun transacties met de coöperatie). Vaak wordt het deel van de winst dat aan een lid toekomt niet uitgekeerd, maar op naam van de individuele leden gezet via ledenparticipaties, ledencertificaten of ledenrekeningen. Soms is het ook mogelijk om een dergelijk vorderingsrecht te verkopen.
Model 3: Marktconforme prijzen zonder koppeling
Net als het vorige model, maar hierbij bepalen de statuten dat een deel van de winst niet wordt uitgekeerd en wordt toegevoegd aan de algemene reserves. Het andere deel van de winst is bedoeld als vergoeding voor volgestorte participaties voor verschaffers van eigen vermogen. Dit model biedt de mogelijkheid dat personen die geen transactierelatie met de coöperatie hebben, toch in het eigen vermogen van de coöperatie kunnen deelnemen en hiervoor een vergoeding (rente) krijgen uit de jaarwinst. Mochten deze personen geen lid zijn van de coöperatie, dan is het tot op zekere hoogte wel mogelijk hen een bepaalde vorm van zeggenschap in de coöperatie te geven, als dit door hen verlangd wordt.