Ger Koopmans nieuwe voorzitter LTO Nederland
Zondag 24 maart 2024Vanavond stemde de Ledenraad van LTO Nederland in met de benoeming van Ger Koopmans (1962) als nieuwe voorzitter van LTO. Bestuurslid Dirk Bruins: “Als bestuur zijn we verheugd met de komst van Ger Koopmans. Met Koopmans haalt LTO een ervaren bestuurder in huis. Verbindend in de omgang, zeer enthousiast over de land- en tuinbouw, met een groot hart voor boeren en tuinders. Koopmans is een boerenbestuurder pur sang en een uitstekend ambassadeur voor onze leden en onze vereniging.” Ger Koopmans volgt Sjaak van der Tak op, die begin dit jaar na afronding van zijn bestuurstermijn stopte als voorzitter.
Boerenbestuurder pur sang
Ger Koopmans: “Mezelf inzetten voor boeren, tuinders, telers en kwekers is een belangrijke, persoonlijke drijfveer voor mij. Een intrinsieke motivatie. Betrokkenheid bij de agrarische sector loopt als een rode draad door mijn leven en loopbaan. Eerst als boerenzoon, later als melkveehouder en daarna als politicus en in het openbaar bestuur.” Koopmans was tien jaar lid van de Tweede Kamer (2002 – 2012), waar hij zich bezighield met landbouw, milieubeleid en vermindering van administratieve lasten. Als gedeputeerde voor de provincie Limburg (2014 – 2021) onderhield Koopmans onder andere de portefeuilles Financiën en Grondzaken.
Terugkeer
Met zijn aanstelling als voorzitter van LTO keert Koopmans terug naar onze vereniging, die hij zeer goed kent. In het verleden was Koopmans al veertien jaar in verschillende functies bestuurlijk actief voor de Limburgse Land- en Tuinbouwbond LLTB (1989 – 2002), waarvan de laatste jaren negen jaar als lid van het hoofdbestuur. In 2013 – 2014 was Koopmans voorzitter van de landelijke LTO-vakgroep Kalverhouderij.
Geen hol modewoord
Koopmans start per 1 april als LTO-voorzitter. Dirk Bruins: “Koopmans begint in een periode die voor boeren onzeker en onrustig is. We wachten op een nieuw kabinet en Europese verkiezingen staan voor de deur. Tegelijkertijd staat het water bij boeren en tuinders aan de lippen. Regelgeving uit Brussel en Den Haag blijft opstapelen.” Koopmans: “Het probleem is niet alleen die stapeling van regels, maar ook het feit dat ze achter een bureau bedacht zijn. Het is losgezongen van de praktijk van het boerenerf. Kijk naar het vastlopen van de mestmarkt of de kalenderlandbouw met verplichte zaai- en oogstdata.” Koopmans vervolgt: “’Transitie’ mag geen hol modewoord zijn. (Jonge) ondernemers en hun gezinnen vragen terecht om een begaanbaar, helder en consistent pad waar ze zich voor een lange termijn winstgevend aan kunnen verbinden.”
“Ik herken me dan ook zeer in de Toekomstvisie 2030 van LTO, met goed eten, sterk ondernemerschap en mooi groen als centrale pijlers”, vervolgt Koopmans: “Ieder agrarisch bedrijf is uniek. Actief in een andere sector, een andere regio en met een ander verdienmodel en afzetmarkt. Iedere ondernemer moet zijn eigen ontwikkelrichting kunnen bepalen; van inzet op innovatie tot de keuze voor natuurinclusieve extensivering. Maar álle ondernemers hebben recht op duidelijkheid en op steun van overheid en markt om die keuze ook voor langere termijn mogelijk te maken.”
Tekortschietend beleid
Als voorbeelden van tekortschietend beleid noemt Koopmans de onhaalbare en onwerkbare manier waarop Europese richtlijnen uitgewerkt zijn. Koopmans: “Goed beleid moet beginnen met een strategische Europese visie over onze landbouw en voedselvoorziening op lange termijn. Die mis ik. Maar ook nationaal is er werk aan de winkel: waar blijven de regelingen voor boeren die willen investeren in hun toekomst? Waar blijft de uitwerking van het toekomstige verdienvermogen van onze boeren en tuinders – en hoe verhoudt dat zich tot Europese handelsverdragen? We leven steeds meer in een land waarin burgers mogen consumeren wat we niet mogen produceren. Dat moet anders!”
Procedure
De selectiecommissie die de opdracht had om een nieuwe voorzitter voor te dragen, bestond uit het landelijk bestuur van LTO en de algemeen directeur. Deze commissie werd in haar taak begeleid door een vertrouwenscommissie, die bestond uit zeven vertegenwoordigers van de regio’s en enkele vakgroepen. De Ledenraad van LTO bestaat uit 36 vertegenwoordigers van de regio’s en sectoren en is statutair aangewezen als het formele, besluitvormende orgaan bij landelijke bestuursbenoemingen.